Super makkelijk, maar o zo lekker! Een lekkere kokoskrans is krokant van buiten en zacht/taai van binnen. Je bereikt dit door de kransen heel kort en heet te bakken (eigenlijk dichtschroeien). Om die reden is het ook belangrijk dat je de kransen vrij dik opspuit. Een te dun opgespoten krans zal uitdrogen en na het bakken keihard worden. Wees dus niet te zuinig! Vind je het opspuiten van een cirkel moeilijk? Of heb je geen gekartelde spuitmond? Geen zorgen, je kunt het beslag ook in bolletjes van zo’n 5 centimeter doorsnede opspuiten en op dezelfde manier afbakken.

VOOR DE KOKOSKRANSEN
200 g geraspte kokos
200 g eiwit
135 g witte basterdsuiker
300 g fijne kristalsuiker
105 g bloem
Gele kleurstof (eventueel)

VERDER NODIG
Ouwel (eventueel)
1 spuitzak
1 gekartelde spuitmond van 15 mm doorsnede

BEREIDING
Verwarm de oven voor op 210 °C (hetelucht). Zeef de bloem en meng dit met alle andere ingrediënten tot een dikke kleverige massa. Voeg eventueel wat gele kleurstof toe om het deeg een warmere kleur te geven. Doe het deeg in een spuitzak met een gekartelde spuitmond van 15 millimeter doorsnede. Bekleed een bakplaat met bakpapier en leg hier de ouwelvellen op. Spuit kransen van ongeveer 8 centimeter doorsnede op de ouwelvellen. Kun je geen ouwel vinden? Spuit de kransen dan gewoon op bakpapier. Bewaar voldoende afstand tussen de kransen, zodat ze tijdens het bakken niet aan elkaar kleven.

Bak de kokoskransen in 10 tot 13 minuten goudbruin en gaar.

TIPS
Wil je een extra luxe twist aan je kokoskransen geven? Doop ze dan voor de helft in getempereerde pure chocolade!